De herfst is het ideale seizoen om te planten. Vermijd toekomstige tuinfrustraties en kies van bij de eerste spadesteek de juiste plant op de juiste plaats. Een plant die op de foute plaats staat, kwijnt al snel weg en wordt door onkruid overwoekerd. Op de online plantenzoeker van Velt, de Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren, vind je in enkele muisklikken de geschikte plant voor jouw tuin.
Verwijder eerst de houtgewassen. Maai dan de kruidachtige vegetatie met een bosmaaier en ploeg de grond onder. Door nog eens te ploegen als de planten ongeveer 10 centimeter hoog staan, krijgt hardnekkig onkruid niet de kans om zich verder te ontwikkelen.
Dek de grond af met karton. Strooi daarop gazonmaaisel, stro, hooi, snippers, bladeren … Daardoor neem je het licht weg: zo kan onkruid moeilijker kiemen en groeien. Bovendien voer je zo humus en voeding aan.
Lok zoveel mogelijk nuttige insecten naar jouw tuin: lieveheersbeestjes, gaasvliegen, zweefvliegen … Zij zijn de natuurlijke vijanden voor bladluizen en andere ongewenste bezoekers. Zorg daarom voor veel bloeiende planten en struiken. Laat ook enkele stukken gras in de hoogte schieten. Daar vinden nuttige insecten voedsel en een schuilplaats. Ook tussen afgevallen takjes en bladeren overwinteren heel wat welkome beestjes.
Onkruid zoals brandnetel, distels en zevenblad verdraagt geen intensief maaibeheer. Nog een tip: laat het maaisel liggen. Zo wordt de bodem rijker en kan het gras zich beter weren tegen kruid- en klavergroei.
Dat kan! Het volstaat om regelmatig te harken of te borstelen. Wat ook werkt: giet het hete kookvocht van je aardappelen, pasta … op jouw tuinpad; dat verbrandt het onkruid.
De beste manier om mos te verwijderen is door te harken of te verticuteren. Maar ligt het gras in de schaduw, dan zal er steeds opnieuw mos groeien. Plant op mosrijke plekken beter bodembedekkers die van schaduw houden.
Kies een gazonmengsel met miniklavers. De klaver zorgt voor een natuurlijke bemesting van je gazon. Zo blijft het gras het hele jaar door donkergroen. Ook vormt het mengsel van klavertjes en grassoorten een compacte grasmat, waardoor het onkruid amper de kans krijgt om te groeien.